Waar vandaan: SOS & EHBO > EHBO > Reanimatie van een baby
- Schud zacht aan de schouders van de baby.
- Vraag luid: "Is alles oké?".
- Laat de baby liggen in de houding waarin je hem gevonden hebt. Verplaats hem alleen als dat absoluut noodzakelijk is
- Probeer te weten te komen wat er mis is met de baby.
- Haal hulp als dat nodig is.
- Controleer regelmatig het bewustzijn en de ademhaling van de baby.
- Roep luid om hulp. Doe dit om er niet alleen voor te staan tijdens de hulpverlening. Terwijl een tweede persoon de hulpdiensten alarmeert, kan jij je concentreren op de baby.
- Draai de baby op de rug en open de luchtweg (hoofd kantelen en kinlift).
- Kantel het hoofd voorzichtig naar achteren en til de kin omhoog.
Leg een hand op het voorhoofd van de baby. Druk op het voorhoofd en kantel het hoofd voorzichtig naar achteren. Hou je duim en wijsvinger vrij om de neus dicht te knijpen als je moet beademen.
Plaats de vingertoppen van je andere hand onder de punt van de kin. Druk niet in het zachte gedeelte onder de kin, want dit kan de ademhaling bemoeilijken.
Til de kin omhoog om de luchtweg te openen.
- Kijk of de borstkas op en neer gaat.
- Luister aan de mond en de neus naar ademhalingsgeluiden.
- Voel met je wang of er luchtstroming is.
In de eerste minuten na een hartstilstand is het vaak alsof de baby nog probeert naar adem te happen. Het ziet eruit alsof hij nauwelijks ademt of onregelmatige ademhalingsbewegingen maakt. Omstaanders aanzien deze bewegingen vaak als normale ademhalingen. In feite zijn het de laatste ademhalingspogingen van een lichaam in doodsstrijd ('gasping'). Verwar dit niet met normale ademhaling! Als je gasping vermoedt, ga er dan vanuit dat de baby niet normaal ademt.
- Laat iemand de 112 bellen en een AED halen (indien beschikbaar). Bel zelf indien je alleen bent (gebruik je GSM).
- Start de reanimatie.
- Leg de baby in stabiele zijligging.
- Laat iemand de 112 bellen en een AED halen (indien beschikbaar). Bel zelf indien je alleen bent (gebruik je GSM).
- Geef eerst 30 hartmassages.
- Geef 2 mond-op-mondbeademingen.
- Wissel 30 hartmassages af met 2 beademingen.
- Blijf reanimeren tot:
- professionele hulp de reanimatie overneemt.
- De baby terug normaal ademt.
- je zelf te vermoeid bent om verder te gaan.
Leg de baby op zijn rug op een harde ondergrond. Kniel naast de baby. Neem plaats ter hoogte van de schouders.
Hou met een hand het hoofd achterover gekanteld.
Plaats 2 vingers van je andere hand in het midden van de borstkas van de baby. Hef je andere vingers omhoog om te vermijden dat je druk op de ribben uitoefent.
Druk met je vingertoppen het borstbeen in tot ongeveer een derde van de borstdiepte.
Laat elke keer de borstkas weer volledig naar boven komen. Zo kan er bloed terugstromen naar het hart. Laat je handen niet van het borstbeen loskomen of verschuiven.
Het indrukken en het ontspannen van de borstkas moet even lang duren. Geef zo 30 hartmassages aan een tempo van ongeveer 100 hartmassages per minuut.
Kantel het hoofd van de baby naar achteren en voer de kinlift uit.
Laat je hand op het voorhoofd van de baby liggen. Knijp indien mogelijk met je duim en wijsvinger de neus van de baby dicht. Blijf met je andere hand de kinlift aanhouden en laat de mond een beetje opengaan.
Adem normaal in, buig voorover en sluit je mond goed over de mond van de baby.
Blaas gelijkmatig lucht in de mond en kijk intussen of de borstkas naar boven komt. Neem ongeveer 1 seconde tijd per beademing.
Hou het hoofd van de baby nog steeds gekanteld en blijf de kinlift aanhouden. Richt je hoofd op en kijk of de borstkas terug naar beneden gaat bij het uitademen.
Adem opnieuw normaal in en geef een tweede beademing.
Controleer of er iets in de mond van het kind zit.
Verwijder alles wat de luchtweg blokkeert of kan blokkeren.
Controleer of het hoofd goed gekanteld is en de kinlift goed uitgevoerd is.