Deel via

Boemerangwonen: ‘Bij ons is het altijd de zoete inval’

October 2018
Peter van den Berk en zijn vrouw Marie-José van der Zanden wonen in een villa in een rustige straat in Lommel, vlak bij de Nederlandse grens. Sinds anderhalf jaar wonen hun zoon Jean-Pierre en zijn gezin bij hen in. Een win-winsituatie noemen ze het. Het jonge gezin heeft zo een dak boven het hoofd en de grootouders zien hun kleinkinderen van tien en vijf zowat elke dag. 'Ik weet niet of ik het leuk zal vinden als ze hier op een keer weer weggaan', zegt Marie-José.

Boemerangwonen

Zoals een boemerang terugkeert, zo keren soms ook uitgezwermde kinderen terug naar het ouderlijke huis om er voor even opnieuw te gaan wonen.


boemerang1
  • Peter van den Berk (71) & Marie-José van der Zanden (72)
  • Lommel
  • gepensioneerd
  • getrouwd in 1971
  • twee kinderen

Ze wonen samen met hun zoon Jean-Pierre en zijn gezin.

Hoe zijn jullie ertoe gekomen jullie zoon en zijn gezin bij jullie in huis te nemen?

Marie-José: ‘Toen we dit huis kochten, was de eerste verdieping helemaal ingericht als een appartement. We hebben daar toen niet echt bij stilgestaan. Kamers kun je altijd wel ergens voor gebruiken, dus ze waren gauw gevuld. Toen onze dochter haar eigen huis verbouwde, is ze een tijdje op onze eerste verdieping komen wonen. Het deed ons beseffen dat je met kamers meer kunt doen dan ze volstouwen met van alles en nog wat.’

Peter: ‘Toen onze zoon na vijftien jaar in de Filippijnen naar België terugkeerde, zijn hij en zijn gezin op onze eerste verdieping komen wonen. Zij hebben ons dat niet moeten vragen, wij hebben hen dat voorstel niet moeten doen. Dat is gewoon vanzelf gegroeid.’

Hoe lang blijven ze bij jullie wonen?

Marie-José: ‘Ze zijn gekomen in februari 2017 en ze kunnen blijven zo lang het nodig is, financieel.’

Peter: ‘Het is niet makkelijk voor een gezin om uit het buitenland te komen en je in ons land meteen te vestigen. Onze schoondochter volgt een inburgeringscursus, daarna gaat  ze werk zoeken. Ze heeft een universitair diploma, dus dat moet zeker lukken. De tijd dat ze bij ons logeren, geeft hen de mogelijkheid om alles rustig te bekijken en op adem te komen.’ 

Worden de rekeningen gedeeld?

Marie-José: ‘In het begin niet. Die beginperiode was echt een periode waarin we hen hielpen om hier in België te starten. Als ouders wilden we daar graag bij helpen. Maar sinds onze zoon vast werk heeft, hebben we afspraken gemaakt om bij te dragen in de kosten.’

Peter: ‘Dat helpen, doen we graag. Voor je ene kind doe je dit, voor je andere dat.’

Marie-José: ‘Wij hebben het goed, dus waarom zouden we niet delen met onze kinderen?’

Ik heb al nagedacht over het moment dat zij niet meer bij ons zullen wonen. Ik ga hun verhuizing niet promoten.Hoe zit het met de privacy: die van jullie en die van hen?

Marie-José: ‘In het begin was dat wat aftasten, natuurlijk. Maar heel geleidelijk heeft dat zijn vorm genomen. Zij wonen boven en wij beneden. ’s Avonds eten we samen. Daarover moet je wel afspraken maken, want ik wil natuurlijk wel weten of ik vanavond voor zes dan wel voor vier of twee moet koken. Als ze dan een keertje zeggen dat ze vanavond niet thuis eten, mag je daar eigenlijk niet op ingaan. De verleiding is groot om te vragen: “Moet je ergens naartoe, dan?”. Dat mag je niet doen. Het is hun leven, hun privacy.’

Peter: ‘Omdat wij beneden wonen, maken wij meestal de voordeur open als iemand aanbelt. Als het bezoek voor hen is, mag je hen achteraf niet vragen wie dat was – dat zijn strikt genomen onze zaken niet.’

Marie-José: ‘Samenwonen, je moet dat echt leren. Maar bij ons is het redelijk vanzelf gegaan. En als er wat is, moet je daarover kunnen praten. Ook dat kan bij ons.’

Peter: ‘Ze onderhouden hun verdieping zelf. Verse lakens op de bedden? Dat moeten ze zelf doen. En de wasmachine staat beneden. Moet wasmiddel worden gekocht, dan spreken we daarover gewoon af.’

Lopen jullie voortdurend bij elkaar binnen?

Marie-José: ‘Neen, maar de kleinkinderen lopen wel in en uit. Dat vinden wij natuurlijk wel fantastisch. Hoeveel grootouders kunnen zeggen dat ze hun kleinkinderen dagelijks zien?’

Hebben jullie wij-momenten, momenten waarop jullie expliciet bij elkaar komen?

Peter: ‘Ontbijten doen we elk in ons deel van het huis, het middagmaal nemen we waar we op dat moment zijn: thuis, op school, op het werk. Het avondmaal is ons “samenkommoment”. Dat samen eten vinden wij heel belangrijk. Dat is in onze familie altijd zo geweest. Samen eten en samen drinken. Onverwachts bezoek? Schuif maar aan, we zetten een extra bord op tafel. Ik heb dat van kindsaf zo gekend, het was bij ons altijd de zoete inval. Dat delen is zo leuk, vind ik. Het leidt ook altijd tot interessante gesprekken.’

boemerang2

  • Ruime villa met één verdieping onder het dak
  • Eén deurbel
  • Eén gemeenschappelijke inkom
  • Appartement onder het dak heeft kamers, sanitaire voorzieningen en kitchenette
  • Grote ‘keukenmanoeuvres’, wassen van vaat en kleding gebeurt beneden

Marie-José: ‘Maar dat samen eten is geen verplichting. Als onze zoon en zijn gezin op een avond liever eens ergens anders gaan eten, dan doen ze dat, uiteraard.

Peter: ‘Dan is de tafel alleen wat leger.’

En dat vind je niet zo leuk …?

Peter: ‘Wel, een volle tafel is prettiger.’

Hebben jullie een favoriet moment in de week, met iedereen samen?

Peter: ‘Vrijdagavond, want dan is het frietjesavond. Dan neemt een van de kinderen de bestelling op: zoveel frieten en zoveel van dit of van dat en dan gooi ik dat allemaal in het frietvet. Het gezelligste moment van de week.’

Worden jullie, doordat jullie onder hetzelfde dak wonen, vaker ingeschakeld voor een opa- of omataakje?

Marie-José: ‘Dat is zo. Ik ga de jongste weleens afhalen van school en als de oudste naar het voetbal moet en onze zoon en schoondochter zijn er niet, dan doen wij dat wel even. Denk je dat wij dat erg vinden?’

Het moment komt dat zij dit huis verlaten. Hoe kijken jullie daarnaar?

Marie-José: ‘Dat wordt moeilijk, dat weet ik nu al. Ik heb daar echt al over nagedacht. Ik ga hun verhuizing niet promoten.’

Als jullie zoon en zijn gezin weer weg zijn, zitten jullie opnieuw met al die lege kamers …

Peter: ‘Wel, ook daarover hebben we al nagedacht. Wij zijn allebei de zeventig voorbij. Misschien moeten we eraan denken om op dat appartement iemand te laten wonen die onze hulp zou kunnen zijn. Waarom in een peperduur rusthuis gaan wonen als het zo zou kunnen? Ik zit in de Rotaryclub en ik kan je zeggen: dat is een onderwerp waarover wij het onder de oudere leden geregeld hebben. Je moet niet denken dat die oude knarren niet bezig zijn met de toekomst.' 

DOSSIER: Onder één dak

icoon huisDe komende weken willen we in het dossier Onder één dak aandacht schenken aan populaire en minder populaire woonvormen voor senioren van vandaag. Daarvoor zijn wij op bezoek gegaan bij enkele van onze lezers die hun ervaringen wilden delen: onder andere ervaringen over wonen met boemerangkinderen, over kangoeroewonen, groepswonen, assistentieflats en woonzorgcentra komen aan bod. Uiterst interessante lectuur voor wie ook tijdig wilt nadenken over hoe hij of zij in de toekomst zal wonen.

Lees verder in het dossier Onder één dak:

Foto's door Yorick Jansens

Auteur: Dirk Musschoot

1 reactie

AdjtChef
Stop maar met die flauwe kul, en verwijder het artikel. De kuisvrouw is vandaag geweest en tot volgende maandag is het hier in mijn sociale woning de eenzaamheid zelf! Geen mens die aan mijn deur komt. Ik ben echter wel kieskeurig!
Alphonse MENTEN
8/10/18 22:24 REAGEER

Login Registreer

Recente Artikels

Gerelateerde Artikels